Provincies halen gevraagde opvangplekken minderjarigen niet
DEN HAAG (ANP) – De twaalf provincies halen samen het aantal gevraagde opvangplekken voor alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s) niet. Uit de overzichten die de commissarissen van de Koning naar asielminister Marjolein Faber hebben gestuurd, komt naar voren dat de provincies voor de spreidingswet 5731 opvangplekken voor amv’s hebben geregeld. De provincies hadden als opgave 8139 plekken voor minderjarige asielzoekers te realiseren.
Onder de provincies die ver achterlopen bij het regelen van opvangplekken voor amv’s zijn Limburg, Noord-Holland en Overijssel. Limburg heeft 251 van de 480 gevraagde opvangplekken gevonden, Noord-Holland 735 van de 1380 plekken en Overijssel 130 van de 538 plaatsen.
Zeeland voldoet aan de opgave om 180 plekken voor alleenstaande minderjarige asielzoekers te regelen en Noord-Brabant heeft er 1264 gerealiseerd. Dat zijn er zeventien meer dan gevraagd. Groningen vangt percentueel de meeste jonge vluchtelingen op, door 125 procent van het gevraagde aantal te herbergen. Dit komt onder meer doordat bij het aanmeldcentrum in Ter Apel, binnen de gemeente Westerwolde, “structureel” meer amv’s worden opgevangen dan waartoe de spreidingswet opdraagt, meldt de provincie.
Volgens de Limburgse gouverneur Emile Roemer is het moeilijk voor gemeenten om opvang voor de jonge asielzoekers te vinden, omdat strengere voorwaarden worden gesteld aan de opvangvoorziening. Volgens Roemer willen gemeenten “deze kwetsbare groep” wel opvang bieden, maar is dit nog niet gelukt. In twee gemeenten in Limburg lukt het wel en zelfs ook meer dan gevraagd: Heerlen en Eijsden-Margraten.
ANP