Relatie met medewerkster kost VVD’er Han ten Broeke de kop
Een ongelijkwaardige relatie met een jonge medewerkster heeft het prominente VVD-kamerlid Han ten Broeke de kop gekost. Hij is per direct afgetreden
In een verklaring op zijn eigen internetpagina erkent hij in 2013 een kortstondige seksuele relatie te hebben gehad met een jonge medewerkster van de fractie.
“Als ik daar nu op terugkijk, had ik mijzelf dat nooit mogen toestaan. Het was niet oké, had niet mogen gebeuren en zal nooit meer gebeuren.”
Destijds heeft de vrouw Ten Broeke tegenover toenmalig fractievoorzitter Zijlstra beschuldigd van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Volgens Ten Broeke is er niets onoorbaars gebeurd, maar hij spreekt achteraf wel van een “ongelijkwaardige relatie”. “Niet in de zin van macht of gezag, maar wel gezien het feit dat ik Kamerlid was en zij een medewerkster van midden twintig.”
Geruchten
In Den Haag gonsde al langere tijd rond dat Ten Broeke door ,,gedoe” met vrouwen geen minister van Buitenlandse Zaken kon worden. Hij was daarvoor dit voorjaar de aangewezen persoon nadat Halbe Zijlstra het veld moest ruimen na zijn gejokkebrok over dat hij aanwezig was bij een ontmoeting met Poetin.
Ten Broeke: Natuurlijk heb ik de berichten gelezen die een verband legden tussen een vermeende kwestie en een eventueel ministerschap. Daarover het volgende. Bij de formatie was het glashelder dat Halbe Zijlstra vóór mij in de rij stond.
Toen Halbe aftrad, dook mijn naam weer op. Maar niemand hoefde daar over na te denken, ik kon simpelweg geen minister worden. Want nog voordat de kwestie rond Halbe speelde, zat ik al in een medisch traject waardoor ik een paar maanden uit de roulatie ben geweest. Inmiddels gaat het beter.”
Dat Ten Broeke de zaak vijf jaar onder de pet heeft weten te houden, komt doordat hij door tussenkomst van advocaten met de vrouw wist overeen te komen dat de relatie geheim zou blijven. Tot vandaag. Het moment dat HP De Tijd de kwestie naar buiten brengt.
Ten Broeke: De afspraak hield vijf jaar stand. Tot vandaag. Nu is de kwestie openbaar geworden en is een situatie ontstaan die ik niet kan beheersen. Dat wil ik mijn familie, vrienden, mijzelf, maar zeker ook mijn fractiegenoten en partij, niet aandoen.